In het eerste kwartaal van 2025 (Q1-2025) is de uitstoot van broeikasgassen gestegen met 7 procent t.o.v. Q1-2024. De elektriciteitssector stootte 40 procent meer uit door een vergrootte import en afname van windenergie. De uitstoot van de gebouwde omgeving steeg met 7 procent, de industrie bleef gemiddeld vrijwel gelijk en mobiliteit daalde met 5 procent. Dit melden het CBS en RIVM/Emissieregistratie op basis van voorlopige kwartaalcijfers.
CO2-uitstoot Nederlandse economie
In het eerste kwartaal van 2025 was de CO2-uitstoot van de Nederlandse economie 7,7 procent hoger dan in hetzelfde kwartaal een jaar eerder. Na correctie voor het weerseffect bedraagt de stijging 3,6 procent. Het bruto binnenlands product (bbp) groeide in dezelfde periode met 2,0 procent.
Binnen het cluster landbouw, delfstoffenwinning, industrie en bouwnijverheid bleef de CO2-uitstoot vrijwel gelijk. De toegevoegde waarde van dit cluster was 3,6 procent hoger. De landbouw, bouwnijverheid en basismetaalindustrie stootten meer uit, terwijl de emissies in de aardolie- en chemische industrie daalden. Die laatstgenoemde sector verkeert in zwaar economisch weer.
Uitstoot overige sectoren
In het eerste kwartaal van 2025 is in de elektriciteitsvoorziening 40 procent méér elektriciteit geproduceerd in Nederland, doordat er minder elektriciteit geïmporteerd is uit de ons omringende landen (België, Duitsland), en meer is geëxporteerd. Daarnaast is minder uit hernieuwbare bronnen geproduceerd doordat het minder waaide in het eerste kwartaal.
De energiebedrijven verbruikten vooral meer steenkool, wat tot meer emissies leidt dan het gebruik van aardgas. De bijdrage van de elektriciteitssector aan de totale uitstoot was 20 procent in het eerste kwartaal van 2025 (Q1-2024: 15 procent).
De uitstoot van de gebouwde omgeving was 7 procent hoger dan in Q1-2024 door een vergrote inzet van aardgas voor het verwarmen van huizen en gebouwen. De mobiliteitssector stootte 5 procent minder uit in vergelijking tot het eerste kwartaal van 2025 door minder verkoop van diesel en een grotere bijdrage van volledig elektrische en plug-in hybride auto’s.
Jaartrend en 2030-doel
In het jaar 2024 vlakte de uitstoot van broeikasgassen nog af, met een reductie van 1,6 procent t.o.v. het jaar 2023. De uitstoot van de elektriciteitssector daalde toen met 3 procent en die van de mobiliteitssector met 6 procent. De industrie stootte in 2024 juist 15 procent méér broeikasgassen uit dan een jaar eerder. De industrie verstookte vooral meer kolenrestgassen door een gestegen productiviteit t.o.v. een jaar eerder.
De Klimaatwet stelt dat in 2030 de broeikasgasuitstoot 55 procent lager moet zijn dan in 1990. Dat komt neer op een daling van 125 Megaton CO2-equivalent. Tussen 1990 en 2023 daalden de emissies met gemiddeld 2,5 Mton per jaar, in 2024 met 2 Mton.
Bron: CBS, juni 2025
Om het doel van de Klimaatwet te halen, moeten de emissies de komende zes jaar met gemiddeld 7 Mton per jaar dalen. De beschikbaarheid en betaalbaarheid van koolstofarme en hernieuwbare energiedragers zal een nog belangrijker rol spelen in de realisatie van het doel.