Terug naar nieuws

PVI Inspiratietour: circulaire economie begint bij inzicht in stromen en ketens

Inzamelingsysteem van kunststoffen en andere materialen moet verbeterd!

Klimaat Markt, Emissie14 maart 2024Jacques van de Worp

De transitie van een lineaire naar een circulaire economie begint bij het creëren van inzicht in stromen en ketens. Om grote stappen te kunnen zetten is onder meer innovatie nodig m.b.t. technologie en logistiek, en is een andere sociaal-economische mindset nodig. Dit zijn de belangrijkste boodschappen van de Inspiratietour Circulaire Plastics georganiseerd door het Platform Verduurzaming Industrie (PVI) dinsdag jl. in de week van de Circulaire Economie. Met bijdragen van Coca Cola (CCEP), CuRe en Circulair Plastics NL.

Inzicht

Het realiseren van circulariteit begint met het creëren van inzicht in de processtromen (scope 1 en 2) en ketens (scope 3). Om de CO2-footprint te kunnen reduceren moet onderzocht worden waar de grootste voetafdruk zit: in grondstoffen, productieproces, verpakkingen, transport en productgebruik. Dat inzicht kan gebruikt worden om per schakel in de keten te onderzoeken hoe die voetafdruk verkleind kan worden door inzet van technologie, logistiek, koolstofarme energie en grondstoffen, en gedrag. Bedrijven worden door regulering, rechtszaken, klanten en financiers steeds meer geprikkeld om niet alleen binnen de productiesite (scope 1 en 2) naar maatregelen te kijken maar ook binnen de keten (scope 3). En dan blijkt die scope 3 - van grondstof tot product - voor soms meer dan 90 procent bij te dragen aan de CO2-voetafdruk.  

Recycle

Na hergebruik - bijvoorbeeld van een glazen fles - komt als tweede circulariteitsstap het recyclen van materialen. De makkelijkste manier is mechanische recycling, waarbij bijvoorbeeld plastics mechanisch worden gefragmenteerd en vervolgens - met aanvulling van nieuw geproduceerd materiaal - worden verwerkt tot herinzetbare plastics. Wanneer dat niet kan, bijvoorbeeld door vervuiling van het basismateriaal, komt chemisch recyclen in beeld, waarbij plastics worden gedepolymeriseerd en vervolgens weer opgebouwd. Duidelijk is dat niet alleen de inzameling van materialen maar ook de wetgeving nog verbetering behoeft om het aandeel van mechanische recycling groter te maken omdat de voetafdruk daarvan kleiner is dan chemisch recyclen. Wat ook bijdraagt is het ontwerpen voor hergebruik en recycling, bijvoorbeeld t.a.v. verpakkingsmaterialen.

Stimulering

De Nederlandse overheid streeft naar 50 procent circulair in 2030 en 100 procent circulair in 2050. Die doelen zijn alleen haalbaar als de processen en structuren in het plastics-ecosysteem drastisch veranderen. Het programma Circular Plastics NL (Nationaal Groeifonds) biedt ondersteuning om de huidige kringlopen te sluiten. Met een budget van zo'n 220 mln euro, waar bedrijven nog eens eenzelfde co-financiering bedrag tegenover zetten. CPNL kijkt ook naar projecten gericht op de ontwikkeling van nieuwe recyclable-by-designmaterialen. Ze moeten lastig te recyclen materialen in de toekomst vervangen. Er is een begin gemaakt om de grootste materiaalstromen in de sector te sluiten: namelijk polyolefines, PET, styreen-gebaseerde materialen, PUR en rubber. De resultaten zijn bruikbaar om ook de ketens van deze plastics in andere sectoren te sluiten en om uit te breiden naar andere typen plastics. In de ketenaanpak staat waardebehoud van plastics in meerdere levenscycli centraal.

Bron: Platform Verduurzaming Industrie (PVI).