Terug naar nieuws

Alternatieve transportrechten kunnen kansen bieden voor grootverbruikers

7 november 2022Matthieu van den Beld

De onafhankelijke toezichthouder Autoriteit Consument en Markt (ACM) heeft belanghebbenden in de gelegenheid gesteld te reageren op een consultatie over alternatieve electriciteit transportrechten en use-it-or-lose-it (UIOLI) van gecontracteerd vermogen. In haar zienswijze op de consultatie heeft VEMW aangegeven dat alternatieve transportrechten voor grootverbruikers - afhankelijk van de uitwerking - een meerwaarde kunnen hebben. UIOLI van gecontracteerde vermogens is daarentegen een principieel onwenselijke verschuiving van verantwoordelijkheden.

Alternatieve transportrechten

Momenteel kent de Nederlandse elektriciteit wetgeving uitsluitend een firm transportrecht: als aangeslotene heb je recht op het vermogen dat je hebt gecontracteerd. Dit mag je altijd gebruiken. In de praktijk zullen verbruikers hun gecontracteerde vermogens niet elk kwartier in dezelfde mate benutten. Er zijn bijvoorbeeld grootverbruikers die voorspelbaar 's nachts minder elektriciteit gebruiken. Netbeheerders moeten met deze ongelijktijdige netwerkbelasting rekening houden. Een alternatief transportrecht kan de netbeheerder helpen meer zekerheid te krijgen over de gelijktijdige belasting van het net, al zou daarmee een kerntaak van de netbeheerder (het inschatten van de netbelasting) worden verschoven richting de aangeslotene. Ook kunnen vormen van alternatieve transportrechten grootverbruikers in staat stellen flexibiliteit aan te bieden.

Use-it-or-lose-it

De ACM stelt in het consultatiedocument de vraag of een use-it-or-lose-it (UIOLI) clausule voor gecontracteerde vermogens wenselijk is. Door zo'n clausule zouden gecontracteerde vermogens die niet worden gebruikt door de netbeheerder mogen worden teruggenomen. De gedachte hierachter is dat ogenschijnlijk benut gecontracteerd transportvermogen dat blijkt niét te worden benut,. tóch kan worden benut.

VEMW stelt vast dat ten eerste een netbeheerder nooit transportverzoeken mag weigeren omdat andere partijen teveel vermogen hebben gecontracteerd. Zo kan bijvoorbeeld een transformator met een vermogen van 100 MW probleemloos twee aangeslotenen faciliteren die elk 75 MW hebben gecontracteerd. In de praktijk wordt namelijk haast nooit gelijktijdig gebruik gemaakt van de gecontracteerde vermogens. Juridisch verwoord: contractuele congestie is geen grondslag voor het vaststellen van congestie.

Ten tweede betalen alle grootverbruikers een nettarief voor het door hen gecontracteerde transportvermogen. Een aangeslotene die vermogen heeft gecontracteerd zonder dit transportvermogen te benutten, draagt dus bij aan de inkomsten van de netbeheerder maar veroorzaakt geen kosten. Hierdoor kunnen de nettarieven voor andere aangeslotenen lager zijn.

Algemeen directeur Hans Grünfeld van VEMW: "VEMW ziet, sterk afhankelijk van de invulling, meerwaarde in alternatieve transportrechten. Een UIOLI-bepaling voor gecontracteerde vermogens leidt echter tot risico's voor grootverbruikers - bijvoorbeeld doordat zij temidden een energiecrisis tijdelijk minder verbruiken - zonder dat het bijdraagt aan het oplossen van de congestieproblematiek."