Terug naar nieuws

Krappe gasmarkt met historisch hoge prijzen ook voor deskundigen verrassing

Ontspanning gasvraag verwacht in 2022, maar volatiliteit op markt structureel

Gassen 7 oktober 2021Thessa de Ridder

De historisch hoge gasprijzen op de Nederlandse en Europese gasmarkt - inmiddels boven de 120 euro/MWh op de spotmarkt - verrassen niet alleen de gasverbruikers maar ook de deskundigen. De krappe markt wordt veroorzaakt door een complex aan factoren, waaronder de onzekerheden als gevolg van Covid en een sterk aangetrokken economie de laatste maanden, een lange winter en een droog voorjaar in 2021, onderhoud aan gasinstallaties in Noorwegen en Rusland, de ingezette energietransitie en vertroebelde geopolitieke verhoudingen. Er wordt een ontspanning van de gasvraag verwacht na de winter, maar de volatiliteit zal structureel zijn. Dat zijn de belangrijkste conclusies uit een bijeenkomst met gasdeskundigen van het International Energy Agency (IEA), georganiseerd door het Clingendael International Energy Programme (CIEP).

Wereldmarkt
Het IEA concludeert op basis van haar marktanalyse “Gas Market Report Q4-2021, including Global Gas Security Review 2021” dat de Covid pandemie bevestigt dat de gasmarkt een wereldmarkt is geworden. Een markt die veel complexer en volatieler is geworden. Net als bij andere grondstoffen en producten zien we als gevolg van de Covid pandemie dat na een periode van afnemende vraag naar gas en een resulterend overaanbod en lage prijzen (11-16 euro/MWh op de spotmarkt) in 2020, een periode is gekomen van een aantrekkende economie en vraag (14-16 procent in China, Europa en Rusland) met als gevolg een krapte op de markt en historisch hoge prijzen (120 euro/MWh op de spot- en 60 euro/MWh op de termijnmarkt). Door die hoge prijzen in de zomer zijn de Europese gasbergingen de afgelopen zomer veel minder (70 bcm) gevuld dan normaal (85 bcm). Een verschil van 15 bcm op een Europese gasmarkt van ruim 400 bcm/jaar.

De snelheid waarmee de gasprijzen zich opwaarts ontwikkelen heeft deskundigen verrast. Zij schatten in dat naast de genoemde factoren ook een rol speelt dat handelaren en financiële instellingen speculeren op de volwassen geworden wereldmarkt voor gas. De toegenomen volatiliteit versterkt de activiteiten van deze marktspelers. Dit alles leidt tot een op de gasmarkt niet eerder vertoonde marktonzekerheid en een groeiende maatschappelijke onrust onder burgers en bedrijven.

Voorzieningsketen
Vloeibaar gas (LNG) kende in 2020 een afname van 40-50 procent t.o.v. de piek in 2018. Inmiddels is ook de vraag naar LNG fors gestegen, met een bereidheid in Azië (China voorop) om hier hoge prijzen voor te betalen. Onderliggende lange termijncontracten nemen snel af, waardoor meer dan 80 procent van de cargo’s de bestemming Azië krijgen. Vastgesteld moet worden dat LNG niet de wereld-swingsupplier is die ervan verwacht werd.

De grootste gasleverancier van de wereld, Gazprom (Rusland), komt volgens het IEA keurig zijn lange termijncontracten na, én kiest ervoor om niet actief via de spotmarkt een extra aanbod van gas via pijpleidingen aan Europa te leveren, ook niet met de historische gasprijzen van vandaag. Dat is tegen het economische principe van een ongehinderd functionerende geliberaliseerde markt, maar niet – zo het zich laat aanzien - een keuze van een leverancier die indruist tegen de marktregels.

De energietransitie leidt tot de opwek van hernieuwbare elektriciteit en gassen (groen gas, waterstof). Dat leidt ook tot veranderende verhoudingen tussen vraag en aanbod van verschillende energiedragers en een toenemende behoefte aan flexibiliteit in het systeem. Van oudsher biedt aardgas een hele grote rol in die systeemflexibiliteit, maar die rol staat sterk onder druk door onder meer het sluiten van het Groningenveld in Nederland, de uitputting van het Trollveld in Noorwegen, en de oproep aan de financiële sector om niet langer te investeren in fossiel (aardgaswinning en -infrastructuur). Zoals een deelnemer opmerkte: de oproep van het IEA eerder dit jaar om te stoppen met investeringen in fossiele energieproductie was op zijn zachtst gezegd niet handig. Nieuwe gassen kunnen die systeemflexibiliteit nog niet en in mindere mate leveren, waardoor aardgas nog tot na 2040 nodig zal zijn op een niveau van 30-40 procent van de huidige vraag.

Vooruitzichten
Het IEA verwacht na de komende winter – wanneer die niet te koud verloopt en te lang duurt – een ontspanning in de krapte op de gasmarkt. De groei van de wereldmarkt wordt ingeschat op zo’n 3 procent, met aan de ene kant China als grootste groeier (30 procent) en aan de andere kant Europa met een krimp (1,5 procent). Daar staat mogelijk een groter aanbod van gas tegenover, met name van LNG uit Rusland (38 procent) en Qatar (30 procent).

De deskundigen zijn het erover eens dat de toegenomen volatiliteit op de gasmarkt structureel gaat zijn door vaker optredende mismatches tussen vraag en aanbod. Dat komt door het loslaten van de oliekoppeling en het grote aandeel van de gas spotmarkten. Of er ook sprake is van marktfalen op de Europese gasmarkt zal vastgesteld moeten worden door lidstaten en de Europese autoriteiten. Pas dan kan bepaald worden of er mechanismen ontwikkeld moeten worden om dat falen aan te pakken. Tot die tijd zullen we moeten leren leven met hoge en volatiele gasprijzen.

VEMW, 7 oktober 2021