Terug naar nieuws

Kabinet kondigt eerste ronde verbrede SDE++ aan

Resterende barrières nu adresseren

Klimaat Wet- en regelgeving18 februari 2020Karin Burghouwt

Het Kabinet heeft vandaag bekend gemaakt dat de eerste ronde van de nieuwe verbrede stimuleringsregeling Duurzame Energie Productie (‘SDE++’) tussen 29 september en 22 oktober 2020 wordt opengesteld. Met een publicatie van de subsidieparameters die het Planbureau voor de Leefomgeving (PBL) voor alle subsidiecategorieën heeft vastgesteld. In totaal wordt er 5 miljard euro beschikbaar gesteld voor stimulering van verschillende duurzame productietechnologieën en CO2-reducerende technologieën. De definitieve adviezen voor de subsidieregeling zijn tevens gepubliceerd op de website van PBL.

Werking van de SDE++
De SDE++ regteling stimuleert de inzet van duurzame technologieën door de onrendabele top (ORT) te vergoeden. Via de nieuwe verbrede SDE++-regeling kunnen bedrijven nu ook subsidie ontvangen voor CO2-reducerende technologieën. De bestaande SDE+ regeling voor duurzame productietechnologieën (zoals zon-PV, wind, biomassa) is uitgebreid met vijf categorieën, namelijk elektrificatietechnologieën (elektrische boiler en warmtepomp), CO2-afvang, transport en opslag (CCS), inzet van industriële restwarmte en groene waterstofproductie. De SDE++ werkt zoals een veiling: er vindt een rangschikking plaats van de verschillende technologieën op basis van subsidiebehoefte per ton CO2-reductie (€/ton CO2). Aan de hand van verschillende parameters (o.a. subsidie-intensiteit, basisbedrag, draaiuren) heeft het PBL de kostenefficiëntie voor emissiereductie per technologie vastgesteld. De subsidieaanvragen die het meest kostenefficiënt zijn, zullen als eerste in aanmerking komen voor subsidie. Technologieën die minder dan € 300 per ton CO2 kosten, maken aanspraak op subsidie die de volledige onrendabele top vergoedt. De SDE++ zal op basis van verschillende rondes worden toebedeeld, te beginnen bij technologieën die tot €70/ton CO2 kosten en eindigend bij €300/ton CO2. Technologieën die dit jaar nog niet in aanmerking komen voor subsidie, kunnen later nog onderdeel worden van SDE++. PBL is begonnen met het doorrekenen van verschillende nieuwe opties, die door VEMW en andere stakeholders zijn aangedragen. Er zal tevens dit jaar weer een marktconsultatie worden georganiseerd. Daarvoor kunnen bedrijven ook nieuwe technologieën aandragen.

Niet afwachten, maar barrières nu adresseren
De doelstelling van de SDE++ is om op een zo kostenefficiënt mogelijke wijze emissiereductie (49% in 2030) te bereiken. De industrie moet in 2030 in totaal bijna 20 Mton CO2 gereduceerd hebben. Nieuwe innovatieve technologieën zijn noodzakelijk om de doelstelling uit het Klimaatakkoord te bereiken. Algemeen Directeur van VEMW Hans Grünfeld: “We zijn blij dat met de introductie van de SDE++ de omslag van aanbodgestuurde stimulering naar vraagstimulering van CO2-reductie gemaakt is. Dit heeft VEMW ingebracht tijdens de onderhandelingen over het klimaatakkoord. Het is dan ook noodzakelijk voor de industrie om in te zetten op verduurzaming en CO2-reductie. Tegelijkertijd is er veel onzekerheid: sommige innovatieve technologieën, zoals grootschalige elektrificatie en groene waterstofproductie, zullen vanwege de hoge kostprijs en beperkte aantal draaiuren nu nog buiten de boot vallen. Ook zijn voldoende infrastructuur (denk aan het elektriciteitsnetwerk of het transporteren van CO2 voor CCS) en het wegnemen van regelgevende barrières (bijvoorbeeld in EU ETS en de nettariefstructuur) absolute voorwaarden voor bedrijven om te kunnen investeren in een CO2-reducerende technologie. Bedrijven staan nu al voor grote investeringsbeslissingen. Het is zaak dat het ministerie niet afwacht tot er casussen binnenkomen in de eerste ronde van de SDE++, maar nu in gesprek gaat met het bedrijfsleven over hoe we deze barrières kunnen oplossen. VEMW heeft verschillende barrières gesignaleerd en werkt nauw en cross-sectoraal samen met andere organisaties aan voorgestelde oplossingen.”