Minister Wiebes wil energie-efficiëntie maatregelen na 2020 doorzetten
Absolute besparingseis mogelijk belemmerend voor transitie
Minister Wiebes heeft de Tweede Kamer geïnformeerd over een aantal energie-efficiëntie maatregelen die hij na 2020 wil doorvoeren. De convenanten MEE en MJA3 lopen namelijk na 2020 af en Nederland zal moeten voldoen aan nieuwe Europese energie-efficiëntie eisen. De minister wil opnieuw energie besparen via alternatieve beleidsmaatregelen. Nieuw is dat Nederland aan absolute besparingseisen moet voldoen, terwijl er door de transitie, CO2 reductie en digitalisering juist méér energie gebruikt kan gaan worden.
Nieuwe Europese Richtlijn
Energie-efficiëntie is een belangrijke pijler in het Europese energiebeleid. In het Clean Energy Package (2015) werd er een aanscherping van de Europese Richtlijn Energie-efficiëntie aangekondigd. Na een akkoord van de lidstaten en het Europees Parlement werd vorig jaar bekend dat de Europese streefdoelstelling energie-efficiëntie in 2030 ten minste 32,5% moet zijn (ten opzichte van 2007). De Richtlijn bevat daarnaast nog een aantal andere belangrijke wijzigingen: onder andere van toepassing op de jaarlijkse nationale energiebesparingsverplichting. Nieuw is dat die verplichting gebaseerd wordt op het absolute energiegebruik in een land. Dit betekent dat er ook in Nederland in vergaande mate energie bespaard moet worden, terwijl verwacht wordt dat de energieconsumptie op de lange termijn juist omhoog zal gaan, bijvoorbeeld door investeringen in CO2 reductie (technologieën zoals elektrolyse voor de productie van groene waterstof uit elektriciteit en elektrificatie) en de groei van de ICT-sector en de dataeconomie. Een absolute doestelling betekent een rem op economische groei.
Alternatieve beleidsmaatregelen
De minister wil via alternatieve beleidsmaatregelen aan de jaarlijkse besparingsverplichting voldoen. Momenteel doet Nederland dit ook, via de convenanten meerjarenafspraken energie-efficiëntie, MEE en MJA3. De convenanten lopen eind 2020 af. In de Kamerbrief schrijft de minister dat toekomstige energie-efficiëntie maatregelen apart van het Klimaatakkoord kunnen worden ingevoerd. De minister is voornemens om nu al via de Omgevingswet de verplichting voor grootverbruikers (bedrijven met meer dan 25.000m3 aardgasequivalent per jaar en/of 50.000 kWh elektriciteit per jaar) om alle energiebesparingsmaatregelen te treffen met een terugverdientijd van 5 jaar of minder door te voeren. Het is vooralsnog onduidelijk hoe de minister invulling wil geven aan de absolute besparingseis vanaf 2021. Het definitieve maatregelenpakket zal in het Integrale Nationale Energie- en Klimaatplan (INEK) worden opgenomen. Dat plan werd eind november door de overheid gepubliceerd. Via de INEK moeten de Europese landen aan de Europese Commissie rapporteren over hun opvolging van Europese energie- en klimaatdoelstellingen (energie efficiëntie, hernieuwbare energie, broeikasgasreductie). De Commissie zal deze voortgang monitoren en beoordelen of dat er voldoende opvolging wordt gegeven aan de doelstellingen.