Madlener wil looptijd lozingsvergunningen inperken tot 12 jaar
Opmerkelijk: minister loopt vooruit op lopend onderzoek
Vergunningen voor (grond)wateronttrekkingen en -lozingen moeten volgens minister Madlener tenminste eens in de 12 jaar worden geactualiseerd. Tijdens een Kamerdebat over water op 26 maart jl. meldde de minister dat hij nog dit jaar met een wetsvoorstel komt dat een einde moet maken aan de oneindige vergunningen die nu worden afgegeven. Volgens de minister is dit noodzakelijk in het licht van de doelen van de Kaderrichtlijn Water (KRW).
Inbreukprocedure
De mededeling van de minister is waarschijnlijk een reactie op de inbreukprocedure die door de Europese Commissie is ingesteld wegens niet-naleving van de Kaderrichtlijn water. Deze richtlijn verplicht lidstaten om een maatregelenprogramma op te stellen om een goede toestand van Europese wateren te waarborgen. Zo’n programma moet onder andere maatregelen bevatten om wateronttrekkingen en lozingen met mogelijke invloed op de waterkwaliteit effectief te beheersen. Lidstaten zijn verplicht deze controles, waaronder de verleende watervergunningen, periodiek te evalueren en bij te werken.
Opmerkelijk
In februari dit jaar maakte het ministerie van Infrastructuur en Waterstaat bekend dat zij gaat onderzoeken hoe de regelgeving voor grond- en oppervlaktewateronttrekkingen en lozingen aangepast kan worden. De uitvoerbaarheid voor de stakeholders zou daarbij een belangrijk aandachtspunt zijn. Het ministerie heeft een tweetal externe bureaus in de arm genomen die in de periode maart/april 2025 interviews afnemen met diverse partijen zoals bevoegde gezagen en partijen die water onttrekken en/of afvalwater lozen. Het is opmerkelijk dat de minister dit onderzoek niet afwacht en nu reeds met een concrete oplossing komt. Het is vooralsnog onduidelijk of deze oplossing haalbaar en maatschappelijk gezien wenselijk is.
Onzekerheid
Het inperken van de looptijd van lozingsvergunningen heeft volgens VEMW forse nadelen. Zo brengt dit veel onzekerheid met zich mee voor bedrijven die een dergelijke vergunning hebben. Een lozingsvergunning is voor bedrijven namelijk een “licence to operate”. Het verstrekken van tijdelijke vergunningen impliceert dat bedrijven periodiek een nieuwe vergunning moeten aanvragen waarbij het onzeker is of deze vergunning wordt afgegeven. Daarnaast vereist het proces van aanvragen en verlenen van vergunningen veel kennis, tijd en energie; niet alleen bij bedrijven maar zeker ook bij bevoegde gezagen. Vaak ontbreekt het daaraan.
Het periodiek bezien of de vergunde situatie nog goed aansluit bij de praktijk van het bedrijf en of de lozing nog voldoet aan de vigerende wet- en regelgeving is volgens VEMW zinvol. Het inperken van de looptijd gaat echter veel te ver.
Bron: Waterforum en VEMW